De rechter heeft geoordeeld in een langlopende juridische strijd over de vestiging van McDonald's aan de Brink in Deventer. Ondanks de bezwaren van omwonenden en vastgoedeigenaren, heeft de rechter alle argumenten van tafel geveegd.
De komst van de fastfoodketen is al een jaar een bron van controverse in de binnenstad. De bezwaarmakers, waaronder twee omwonenden en twee broers die een kantoorpand bezitten aan de Brink, zetten alles op alles in de rechtszaal om hun standpunt te verdedigen.
De bezwaarmakers betwistten de verleende vergunningen en beweerden dat horeca op die locatie niet toegestaan zou moeten zijn. Zorgen over parkeeroverlast, geurhinder, en vermeende negatieve impact op het leefklimaat werden aangevoerd, maar de rechter oordeelde dat deze argumenten niet doorslaggevend waren.
De discussie draait ook om het recht van McDonald's om de eerste verdieping van het pand te betrekken, wat tot verdere juridische nuances leidde. Echter, de rechter oordeelde dat de gemeente de vergunningverlening voldoende had onderbouwd, waardoor de vestiging van de fastfoodketen rechtmatig blijft.
De actuele rechtszaak heeft als uitkomst een bevestiging van de eerdere beslissingen ten gunste van McDonald's. Bezwaarmakers kunnen nog in beroep gaan bij de Raad van State, maar voorlopig blijft de vestiging aan de Brink open en operationeel.